InterviewFrederik Delaplace
Betrouwbaar en kwalitatief, maar ook wat saai en weinig vernieuwend. Populair bij veel en vooral oudere Vlamingen, maar ook onbekend bij jongeren en Vlamingen van buitenlandse herkomst. De VRT heeft werk aan de winkel en moet vooral meer ontspannende tv brengen, vindt CEO Frederik Delaplace. ‘We zijn te ver doorgeschoten.’
Eerst het goede nieuws voor de VRT: 77 procent van de Vlamingen zegt tevreden tot zeer tevreden te zijn over de VRT. Evenveel Vlamingen zeggen ook een eigen publieke omroep belangrijk te vinden. En als je de Vlaming vraagt wat hij nu van de VRT denkt, komen woorden als informatief, betrouwbaar, kwaliteit en ‘dicht bij de Vlaming’ heel vaak terug.
Het onderzoek dat de VRT dit jaar bij 2.620 Vlamingen deed en onderdeel was van de ‘Jouw VRT’-campagne van de voorbije zomer, leverde een rapport op waarop veel scholieren best jaloers zouden zijn. Al bevat het ook werkpunten.
Eén op de drie Vlamingen bijvoorbeeld hoort het in Keulen donderen bij de vraag of ze de VRT kennen. Vooral bij de 12- tot 25-jarigen, Vlamingen van buitenlandse herkomst en kortgeschoolden is dat zo: daar loopt dat cijfer op tot bijna 50 procent. En 77 procent mag dan tevreden zijn, 9 procent geeft de VRT een buis over de volledige lijn. “Je ziet, we sparen de roe voor onszelf niet”, zegt VRT-CEO Frederik Delaplace, die aan de resultaten een resem beleidslijnen koppelt.
Lees ook:
‘Een 22-jarige jonge gast uit pakweg Vilvoorde ziet zijn leefwereld nog veel te weinig terug bij de VRT’: lees het interview met Karen Donders, kersvers directeur publieke opdracht, talent en organisatie bij de VRT.
De VRT scoort zeker volgens de jeugd lager op het vlak van ontspanning en creativiteit in vergelijking met Netflix en de commerciële omroepen. Is de VRT te saai geworden?
Frederik Delaplace: “Saai zijn is soms niet slecht. Maar als ik aan moeder een rapport toon waarop staat dat ik betrouwbaar, informatief en saai ben, gaat zij niet zeggen dat ik goed gewerkt heb. ‘Saai’ was het op vier na meest geciteerde antwoord over de VRT. Ik wil ook gezien worden als innovatief en ontspannend.
“Er mag weer wat meer peper en zout in wat we brengen. Daarom moeten we de volgende jaren meer investeren in programma’s met humor, in een quiz, een nieuwe talkshow... Een muziekprogramma ook. Het is redelijk waanzinnig dat we als publieke omroep nu zo weinig daarmee doen op televisie. En we gaan op zoek naar een opvolger van FC De Kampioenen, ja. Ik heb die opdracht gegeven aan onze programmadirecteur. Het kan niet de bedoeling zijn dat we binnen dertig jaar samen met de laatste kijker van FC De Kampioenen sterven.”
Betekent dat dat de VRT minder zal inzetten op de wat ernstiger programma’s die je nu ’s avond op Eén ziet?
“Nee, we blijven dat doen. Er is alleen te weinig van het andere nu. De slinger is te ver doorgeschoten. Bovendien kun je door thema’s op een andere manier aan te pakken ook vaak meer bereiken. Iemand als Grace die The Voice wint, doet meer voor inclusie in Vlaanderen dan een docureeks die door 100.000 mensen bekeken wordt. Winteruur is voor mij als cultuurliefhebber ’s avonds makkelijker behapbaar dan nog een concert van de Wiener Philharmoniker. We gaan beide blijven doen, maar er moet een goed evenwicht komen.”
U kunt voorspellen hoe de commerciële omroepen zullen reageren als de openbare omroep meer op ontspanning inzet. Die waren al kwaad toen de VRT Niels Destadsbader een contract gaf. Nu komt u nog meer op hun terrein, zullen ze zeggen.
“De vraag is hoe je dit alles invult. Als we The Voice en The Masked Singer zouden maken, is het kot te klein en gaat de concurrentie ontploffen. Maar we hebben nul komma nul ambitie om tegen de commerciële zenders in te gaan. Als we inzetten op humor en entertainment, moet het duidelijk zijn dat dat binnen onze publieke opdracht past.
“Neem nu The Voice. Daar hoor je veel populaire muziek, maar daarnaast is er een breed spectrum aan genres dat niet aan bod komt. Waarom zouden wij niets met die genres kunnen doen dat leuk is om naar te kijken én waarmee we onze opdracht om cultuur te versterken vervullen? Dat is de kern van onze strategie, en dat is niet in conflict met wat de andere zenders doen.”
De VRT scoort met haar informatieprogramma’s, maar ondertussen zie je, zeker op sociale media, veel kritiek. Wordt die opdracht niet steeds moeilijker?
“Dat is een ruimer probleem dan de VRT natuurlijk. Maar daar is slechts één antwoord op: blijven inzetten op betrouwbaarheid en kwaliteit. Alle stemmen aan bod laten komen is ook belangrijk, ook al is het een stem waar veel kijkers en luisteraars bij denken: ‘Waar komt die nu uitgekropen?’.”
De zevende dag zal dus antivaxers blijven uitnodigen?
“Als je die niet aan bod laat komen, sluit je je als publieke omroep af van pakweg 5 procent van de bevolking. Dat is niet goed. Zo krijg je een deel van de bevolking dat zich afwendt van de media en geef je voeding aan die verhalen. Je moet dus met hen in debat gaan en ze daarbij kritisch benaderen. Het is een moeilijk evenwicht, dat klopt. Maar in deze kun je niet anders dan uitgaan van je eigen metier. De journalistieke regels zijn niet veranderd, ook al is de maatschappij daar nu wat geagiteerder over. Goede journalistiek blijft goede journalistiek. Goede journalistiek is nog nooit geweest: zwijg een deel van de bevolking dood.”
0 件のコメント:
コメントを投稿